Oplossingen

Oplossingen test jezelf vragen

Sectie 1-1

  1. Simulatiesoftware maakt het mogelijk om een schakeling te optimaliseren met minimale kost. Via de simulatie kan men mogelijke problemen aangaande timing, ruis en thermische problemen opsporen en verhelpen.

  2. Fabricage (manufacturing) en dienstverlening (service)

  3. Communicatie, computers, hernieuwbare energie, industriële controle, consumentenelektronica, medische uitrusting, transport en defensie

  4. Certificatie bied de mogelijkheid voor een persoon om zijn vaardigheden aangaande het specifieke item te tonen. Het geeft klanten, werkgevers, … de mogelijkheid om een oordeel te vormen over de competenties van een bepaalde persoon.

Sectie 1-2

  1. De digitale temperatuurmeter reageert op de warmte van zijn omgeving. De ingang van het systeem is bijgevolg warmte (temperatuur). De uitgang van het systeem is de waarde van de temperatuur die op het display verschijnt.

  2. De omgeving van het internationaal ruimtestation bevat het zwaartekrachtveld van de Aarde en ander materiaal dat in een baan rondom de Aarde is. Ook de straling van de zon (warmte) maakt deel uit van deze omgeving.

  3. Een blokdiagram toont de relatie tussen de functionele blokken en de signal flow paden (het pad/paden waarlangs het signaal door het systeem gaat)

  4. Een transferkarakteristiek is een grafiek die de verhouding weergeeft van de uitgang ten opzichte van de ingang (uitgangssignaal / ingangssignaal)

Sectie 1-3

  1. Een passieve component heeft geen elektrisch vermogen nodig om te kunnen functioneren en kan het vermogen in een signaal niet verhogen. Een actieve component heeft elektrisch vermogen nodig om te kunnen functioneren en kan het vermogen van een signaal groter maken.

  2. Een batterij kan enkel elektrisch vermogen leveren. Het kan het vermogen in een signaal niet laten stijgen.

  3. 50 Hz en 60 Hz

  4. Normaal is het DC dat wordt omgezet in signaalvermogen bij een actieve component. De DC-spanning is ook nodig om de actieve component te kunnen instellen en laten functioneren.

  5. Een digitale schakeling is een schakeling die discrete signalen verwerkt. Een analoge schakeling verwerkt continu verlopende signalen.

  6. Een transducer is een component/schakeling die energie onder een bepaalde vorm omvormt tot energie in een andere vorm. (bv temperatuursensor zet temperatuur (warmte) om in een overeenstemmende spanning).

Sectie 1-4

  1. Waar

  2. 10 2

  3. (a) 4 ,35 x 103(b) 1,201 x 104 (c) 2,9 x 107

  4. (a) 7,6 x 10-1(b) 2,5 x 10-4(c) 5,97 x 10-7

  5. (a) 3 x 105(b) 6 x 1010(c) 2 x 101(d) 2,37 x 10-6

  6. (a) 5,6 x 10-3(b) 28,3 x 10-9(c) 950 x 103(d) 375 x 109

Sectie 1-5

  1. Mega (M), kilo (k), milli (m), micro (µ), nano (n) en pico (p)

  2. 1 µA (één microampère)

  3. 250 kW

  4. 0,01 MV = 10 kV

  5. 250000 pA = 0,00025 mA

  6. 125 kW

  7. 75 mV

Sectie 1-6

  1. Nullen worden enkel behouden als ze beduidend zijn. Wanneer nullen bijgevolg aan de rechterzijde van de komma verschijnen worden ze als beduidend (significant) beschouwd.

  2. Als het getal dat weggelaten wordt gelijk is aan 5 en het overblijvend getal is oneven, dan wordt de afronding doorgevoerd zodat het overblijvend getal even wordt. Is het overblijvend getal even, dan wordt er geen verhoging doorgevoerd.

  3. Een nul aan de rechterzijde van de komma impliceert dat de weerstandswaarde tot op een tiende van een kilo-ohm nauwkeurig is (0.1 k Ω ). In dit geval betekent dit dat de weerstand ligt tussen waarden 1,00 k Ω en 1,09 k Ω.

  4. De voeding moet een nauwkeurigheid bezitten van vier beduidende (significante) cijfers.

Sectie 1-7

  1. Stroom

  2. Niet waar

  3. Niet waar

  4. Niet waar

  5. Waar

  6. Een verliesstroomschakelaar schakelt de stroom uit als er een stroomverschil optreedt tussen de Line-draad (L) en de Neutraal-draad (N). Afhankelijk van het type verliesstroomschakelaar schakelt deze de stroom uit als het stroomverschil 300 mA is of 30 mA.

Oplossingen waar/niet waar test

1. Niet waar 2. Niet waar 3. Waar 4. Niet waar 5. Niet waar 6. Waar 7. Waar 8. Waar

9. niet waar 10. Niet waar 11. Waar 12. Niet waar 13. Waar 14. Waar 15. Waar

16. niet waar 17. Waar

Oplossingen multiple choice test

1. c.2. b.3. a.4. b.5. d.6. b.7. b. 8. a.9. c.10. d.

11. d. 12. c.13. b.14. c.15. c.16. c.17. d.18. c. 19. c.

Oplossingen oefeningen en vragen

Sectie 1-1 De elektronica-industrie

  1. De schakeling wordt eerst getest met een computerprogramma waarmee de schakeling ontworpen kan worden en gesimuleerd. Via het simuleren kan gekeken worden naar eventuele problemen in de schakeling. Als de simulatie succesvol is, wordt een prototype geconstrueerd. Dit prototype wordt getest en indien nodig aangepast vooraleer het in productie kan gaan.

  2. Elektronische assemblages zijn betrouwbaarder en meer complex geworden. Hierdoor is er minder nood aan herstelling. Over het algemeen is het goedkoper (en sneller uitgevoerd) om een volledige PCB te vervangen dan foutzoeken (troubleshooting) uit te voeren op componentniveau. Hierdoor zijn de vaardigheden waarover een technicus moet beschikken breder geworden dan in het verleden.

Sectie 1-2 Introductie van elektronische schakelingen

  1. Twee voordelen zijn dat het digitaal signaal gemakkelijk kan verwerkt worden en opgeslagen en da het minder gevoelig is aan ruis.

Sectie 1-3 Soorten schakelingen

  1. (a) een elektronische oscillator genereert een zichzelf herhalend elektronisch signaal

(b) een oscillator heeft geen signaal input5.

  1. Een draaggolf is een golf op hoge frequentie die kan gemoduleerd worden (veranderd worden) door middel van een signaal met lagere frequentie.

Sectie 1-4 Wetenschappelijke en technische notatie

  1. (a) 3 x 10 3 (b) 7.5 x 10 4 (c) 2 x 10 6

  2. (a) 8.4 x 10 3 (b) 9.9 x 10 4 (c) 2 x 10 5

  3. (a) 0 ,0000025 (b) 500 (c) 0,39

  4. (a) 4,32 x 107(b) 5,00085 x 103(c) 6,06 x 10-8

  5. (a) 2,0 x 109(b) 3,6 x 1014(c) 1,54 x 10-14

  6. (a) 89 x 10 3 (b) 450 x 10 3 (c) 12,04 x 10 12

  7. (a) 345 x 10 -6 (b) 25 x 10 -3 (c) 1,29 x 10 -9

  8. (a) 7,1 x 10-3(b) 101 x 106(c) 1,50 x 106

  9. (a) 22,7 x 10-3(b) 200 x 10-6(c) 848 x 10-3

Sectie 1-5 Eenheden en metrische voorzetsels

  1. (a) 345 µA(b) 25 mA(c) 1,29 nA

  2. (a) 3 µF(b) 3,3 MΩ(c) 350 nA

Sectie 1-6 Gemeten waarden

  1. (a) 5000 µA(b) 3,2 ,W(c) 5 MV(d) 10000 kW

  2. (a) 50,68 mA(b) 2,32 M Ω (c) 0,0233 µF

  3. (a) 3(b) 2(c) 5(d) 2(e) 3(f) 2

Last updated