Parallelschakelen van condensatoren

De totale capaciteit van een aantal in parallel geschakelde condensatoren is gelijk aan de som van alle capaciteitswaarden die in parallel staan. De spanning over iedere in parallel geschakelde condensator is gelijk aan de bronspanning die gebruikt wordt over deze parallel geschakelde condensatoren.

Wat is belangrijk?

  • Je berekent de totale vervangingscapaciteit van een aantal in parallel geschakelde condensatoren.

In figuur 8-11 (a) zie je twee condensatoren in parallel geschakeld. Deze parallelschakeling is in serie met een weerstand aangesloten op de bronspanning. Van zodra de schakelaar gesloten is vloeit er een stroom door de schakeling. Vermits C1{C}_{1} parallel staat met C2{C}_{2} splitst de totale stroom zich in een stroom IC1{I}_{C1} door C1{C}_{1} en een stroom IC2{I}_{C2} door C2{C}_{2} . Dit betekent dat vanaf het sluiten van de schakelaar een bepaalde hoeveelheid totale lading QT{Q}_{T} zich beweegt naar de condensatoren toe. Een deel van deze lading, namelijk de hoeveelheid lading Q1{Q}_{1} beweegt zich naar de condensator C1{C}_{1} en het overige deel van deze lading ( Q2{Q}_{2} ) naar condensator C2{C}_{2} .

De hoeveelheid lading over iedere condensator in parallel is recht evenredig met zijn capaciteitswaarde

Eens de condensatoren opgeladen vloeit er geen stroom meer. De totale opgeladen lading is de som van de afzonderlijke ladingen van de parallelcondensatoren

Figuur 8-11 : ladingsverloop bij condensatoren in parallel

Vermits beide condensatoren in parallel staan hebben ze dezelfde spanning over zich. Aangezien Q=C×UQ=C\times U en UU hetzelfde is bij de parallelschakeling, zal de condensator met de grootste capaciteitswaarde de meeste lading bevatten. Achter de parallelschakeling komen beide ladingsbewegingen terug samen en vloeien via de weerstand naar de positieve klem van de spanningbron. Zolang de spanning over de condensatoren niet gelijk is aan de bronspanning zal er stroom door de weerstand vloeien en staat er een spanningsval over de weerstand. Eens de condensatoren opgeladen zijn tot de bronspanning, zie figuur 8-11 (b), vloeit er geen stroom meer door de schakeling en staat over de weerstand geen spanning meer.

Om de totale capaciteit te bepalen bij een parallelschakeling van condensatoren wordt vertrokken van de totale lading. De som van de deelladingen in de condensatoren is gelijk aan de totale lading QT.{Q}_{T}. In formulevorm:

QT=Q1+Q2{Q}_{T}= {Q}_{1}+{Q}_{2}

Wanneer de condensatoren volledig opgeladen zijn, is de spanning over deze condensatoren gelijk aan de bronspanning. Vervangen we de lading in voorgaande vergelijking door de het product van capaciteit met spanning bekomen we volgende formule:

CT×Ubron=C1×Ubron+C2×Ubron{C}_{T}\times {U}_{bron}={C}_{1} \times {U}_{bron}+{C}_{2} \times {U}_{bron}

Wegdelen van Ubron:{U}_{bron} :

CT=C1+C2{C}_{T}={C}_{1}+{C}_{2}

Algemeen is de formule voor de totale capaciteit van een parallelschakeling met nn condensatoren :

CT=C1+C2+C3++Cn(87){C}_{T}={C}_{1}+{C}_{2}+{C}_{3}+\dots +{C}_{n} \left(8-7\right)

Test jezelf : parallelschakelen van condensatoren

  1. Hoe wordt de totale capaciteit in parallel bepaald?

  2. Voor een bepaalde toepassing heb je een condensator van 0.05μF0.05\mathit{ }\mathit{\mu }\mathit{F} nodig. Je beschikt enkel over condensatoren van 10nF10\mathit{ }\mathit{n}\mathit{F} . Hoe kan je de capaciteit bekomen die je nodig hebt?

  3. De volgende condensatoren staan in parallel : 10pF10\mathit{ }\mathit{p}\mathit{F} , 56pF56\mathit{ }\mathit{p}\mathit{F} , 1nF1\mathit{ }\mathit{n}\mathit{F} en 33pF33\mathit{ }\mathit{p}\mathit{F} . Wat is CT{\mathit{C}}_{\mathit{T}} ?

Last updated