Werkingsprincipe van een condensator

Bovenkant formulier

  1. Zoek de capaciteit wanneer Q=50μCQ = 50 \mu C en V=10V.V = 10 V.

  2. Bepaal de lading in de condensator wanneer C=1nFC = 1 nF en V=1kVV = 1 kV .

  3. Zoek de spanning over de condensator wanneer Q=2mCQ = 2 mC en C=200μFC = 200 \mu F .

  4. Converteer de volgende waarden van picofarads naar microfarads:(a) 1000 pF

(b) 3500 pF

(c) 250 pF

  1. Welke condensator is geschikt voor het opslaan van 10 mJ energie met 100 V over zijn platen?

  2. Een luchtcondensator heeft platen met een oppervlakte van 0,1m2\mathrm{0,1} {m}^{2} . De platen staan uit elkaar met een afstand gelijk aan 0,01m\mathrm{0,01} m . Berekenen de capaciteit.

  3. Een student besluit een condensator te bouwen met behulp van twee geleidende platen die per zijde 30cm30 cm lang zijn. Hij scheidt de platen met een papieren diëlektricum ϵr=2,5{\epsilon }_{r}= \mathrm{2,5} ) dat 8x105m8 x {10}^{-5} m dik is. Wat is de capaciteit van zijn condensator?

  4. Een condensator van 1nF1 nF heeft een positieve temperatuurcoëfficiënt van . Hoeveel verandering in capaciteit zal een stijging van 25°C25 ° C in temperatuur veroorzaken?

  5. Welk type condensator heeft de hoogste diëlektrische constante? Mica of keramiek?

Serieschakeling van condensatoren

  1. Bepaal de totale vervangingscapaciteit van de schakeling in figuur 8-43.

Figuur 8-43

  1. Bepaal de totale vervangingscapaciteit van de schakeling in figuur 8-44.

Figuur 8-44

  1. De totale lading die opgeslagen is in de condensatoren bedraagt 10μC10 \mu C . Bepaal de spanning over elke condensator in figuur 8-45.

Figuur 8-45

Parallelschakelen van condensatoren

  1. Bepaal de totale capaciteit van de parallelschakeling in figuur 8-46.

Figuur 8-46

  1. Bepaal de totale capaciteitswaarde en de totale lading in de schakeling van figuur 8-47.

Figuur 8-47

Het gedrag van condensatoren op gelijkstroom

  1. Bepaal de tijdsconstante van volgende RCRC -combinaties:

  2. R=100Ω,C=1μFR=100 \Omega , C=1 \mu F

  3. R=10MΩ,C=56pFR=10 M\Omega , C=56 pF

  4. R=4,7kΩ,C=4,7nFR=\mathrm{4,7} k\Omega , C=\mathrm{4,7} nF

  5. R=1,5MΩ,C=10nFR=\mathrm{1,5} M\Omega , C=10 nF

  6. In de schakeling van figuur 8-48 is de condensator in de begintoestand volledig ontladen. Bepaal de spanningswaarde over de condensator op volgende tijdsmomenten nadat de schakelaar werd gesloten.

  7. 10μs10 \mu s (b) 20μs20 \mu s (c) 3 0μs0 \mu s (d) 40μs40 \mu s (e) 50μs50 \mu s

Figuur 8-48

  1. In figuur 8-49 is de condensator reeds opgeladen tot 25V25 V . Bereken telkens de spanning over de condensator na de volgende tijden dat de schakelaar is gesloten.

  2. 0,5ms\mathrm{0,5} ms (b) 1ms1 ms (c) 2ms2 ms

Figuur 8-49

Het gedrag van een condensator op wisselstroom

  1. Bepaal de capacitieve reactantie van een 47nF47 nF condensator voor volgende frequenties:

  2. 10Hz10 Hz (b) 250Hz250 Hz (c) 5kHz5 kHz (d) 100kHz100 kHz

  3. Voor de schakeling in figuur 8-50: bepaal de reactantie van iedere condensator, de totale reactantie en de spanning over iedere condensator.

Figuur 8-50

  1. Wanneer een spannningsbron met sinusoïdale spanning van 20Veff20 {V}_{eff} verbonden wordt met een bepaalde condensator vloeit er een effectieve stroom van 100mA100 mA . Hoeveel bedraagt de reactantie?

  2. Een 10kHz10 kHz spanning staat over een condensator met capaciteitswaarde gelijk aan 4,7nF\mathrm{4,7} nF . Er wordt een stroom gemeten met effectieve waarde gelijk aan 1mA1 mA . Bepaal het werkelijk en reactief vermogen.

Oefeningen : Indeling van condensatoren

  1. Welk type van condensator heeft de hoogste diëlektrische constante mica of keramiek?

  2. Bepaal de waarde van de keramische schijfcondensatoren die gelabeld zijn zoals in figuur 8-51.

Figuur 8-51

Geavanceerde oefeningen

  1. Hoe lang duurt het vooraleer de condensator in figuur 8-49 is ontladen tot 3V3 V ?

  2. Bepaal de tijdsconstante in de schakeling van figuur 8-52.

Figuur 8-52

  1. De condensator in figuur 8-53 is ongeladen als de schakelaar in positie 11 wordt geschakeld. De schakelaar blijft in positie 11 gedurende 10 ms en wordt dan naar positie 22 geschakeld. Daar blijft de schakelaar voor onbepaalde tijd staan.

  2. Geef de volledige golfvorm weer voor de spanning over de condensator.

  3. Als de schakelaar terug wordt geschakeld na 5ms5 ms in positie 22 te hebben gestaan en dan in positie 1 blijft staan, hoe ziet de spanningsvorm over de condensator er dan uit?

Figuur 8-83

Last updated